De Tabernas woestijn – ‘Het Wilde Westen van Spanje?’ Niet iedereen weet dat talloze spaghettiwesterns van Sergio Leone niet in de uitgestrekte binnenlanden van het Amerikaanse westen zijn gemaakt, maar in Zuid-Spanje. Om precies te zijn in de enige officiële woestijn die Europa kent. Ontdek Spanje met een individuele rondreis Spanje, vraag naar de mogelijkheden om deze unieke streek te bezoeken.
De Tabernas woestijn ligt in de Spaanse provincie Almería op circa 30 kilometer ten Noorden van deze stad. Het kwik staat hier vaak zo hoog en neerslag is zo zeldzaam dat er amper iets groeit. De droogte levert echter indrukwekkende, verlaten landschappen op. Ruig, eindeloos, rotsachtig, vulkanisch, maanlandschap-achtig, soms zwart en droger dan droog. Dat de visuele kenmerken van dit landschap behoorlijk lijken overeenkomen met die in het westen van de Verenigde Staten, de stervenshete binnenlanden van Saudi Arabië of de droogte van Noord-Afrika viel vanaf de jaren vijftig ook diverse filmproducers op.
Tegenwoordig wordt de Tabernas woestijn het vaakst verwezen met de term Mini-Hollywood. Dit Parque Oasys is inmiddels uitgegroeid tot een groot themapark met een grote dierentuin en zwembaden om af te koelen als het zomers erg heet is. Wij namen er een kijkje en namen onze kinderen mee. Die hadden er de dag van hun leven! Sergio Leone koos dit gebied in 1954 voor het eerst uit voor de opnames van een eerste spaghettiwestern.
Mini-Hollywood ligt aan de N-340 bij kilometerpaaltje 364. Bij de ingang krijgen we allerlei informatie in het bezoekerscentrum. Hier kun je ook reserveren voor tochten door de Tabernas woestijn. Diverse studio’s zijn te bezoeken per jeep, te paard of gewoon lopend. Het complex werd door Carlo Simi voor Sergio Leone ontworpen en gebouwd. De eerste film die er tot stand kwam was ‘For a Few Dollars More (1965). Ook andere films zoals ‘The Good, the Bad and the Ugly (1966) werden hier gedraaid. Veel later, in 2012 vormde Mini-Hollywood nog het decor in de cult-serie van Doctor Who ‘A Town Called Mercy’. Een jaar later streek Ridley Scott er een tijdje neer voor zijn film Exodus. Gods and Kings.
Niet alleen het western-dorpje met echte shootings, nagespeelde bankovervallen, een filmmuseum, een paardenkoetsenmuseum en een fotostudio is de moeite waard. Voor de kinderen vormde het Oasys Safari Park & Pool het onbetwiste hoogtepunt van deze dag. Hier leven meer dan 150 diersoorten, waaronder veel beschermde exemplaren. We zagen er onder veel meer een witte neushoorn, diverse soorten apen, buffels, beren, kamelen, nijlpaarden, leeuwen, tijgers, hyena’s en krokodillen.
Naast de ietwat toeristische themaparken, kun je ook op eigen houtje de ‘wildernis’ in. Wij deden dat bij Ramblas de Tabernas, een enorme, droge rivierbedding. Hier troffen we de oase uit de film ‘Lawrence of Arabia’ aan. Nog geen honderd meter de rivier in, lijken we ons al in een hele andere wereld te bevinden. Een groepje palmbomen staat erg decoratief voor een enorme rots. Deze lijkt zo overgeplaatst te zijn uit de Grand Canyon. Als er plotseling een indiaan of cowboy achter vandaan zou komen, zou ons dat helemaal niet meer verbazen.
Afgezien van een paar struiken en dorre bomen bestaan de bergen tot beneden aan toe volledig uit rots. Het erosieproces van miljoenen jaren heeft prachtige, enorm grote en verticaal geplooide vormen op het gesteente achtergelaten. Het is doodstil en de lucht zindert van de hitte. Het enige geluid dat we horen komt van een vluchtende hagedis. We voelen ons alleen op de wereld. De surrealistische omgeving confronteert ons er tegelijkertijd op erg realistische manier mee hoe overweldigend de natuur kan zijn.
Als u eenmaal in deze regio bent, sla dan vooral het natuurpark Cabo de Gata ten zuidwesten van de stad Almería niet over. Heel anders dan de woestijn Tabernas treft u hier paradijselijke, verlaten natuur aan, grenzend aan een kraakheldere en diepblauwe, tropisch aandoende Middellandse Zee. De vulkanische kust telt talloze kastelen en wachttorens die herinneren aan de tijden waarin Romeinen en Moren hier de dienst uitmaakten en probeerden de piraten van hun land te weren. Nu lijken vissers en niet al te overmatig aanwezige toeristen het monopolie te hebben op dit indrukwekkende landschap. Slechts enkele piepkleine dorpjes, waaronder vooral vooral San José en Las Negras bieden relatief eenvoudige voorzieningen voor toeristen.
Om een indruk van de veelzijdigheid van dit natuurpark te krijgen, is een tocht per auto vanuit Almería naar de kaap van Cabo de Gata en dan door naar het noordelijker gelegen Agua Amarga een absolute aanrader. Neem een paar dagen de tijd zodat u ook kunt genieten van de pittoreske kustplaatsjes zoals het hierboven genoemde Las Negras of San José. Enkele stranden zijn hier slechts te voet te bereiken, zoals Cala de San Pedro op vijf kilometer ten Noorden van Las Negras. Een visser brengt je hier echter graag voor een paar euro naar toe. Er is een klein, idyllisch strand met een strandbarretje en zelfs een camping die ‘Tao’ wordt genoemd.
Bent u enthousiast geworden? Neem dan beslist eens een kijkje bij ons aanbod rondreizen door Spanje.